De Yoga van het Licht | blog post | Avadhuta teachings (3)
The transmission of Heart & Space...
"Randolph: “Ja, natuurlijk… Heb je buiten de druppeltjes op de bladeren gezien en heb je vandaag de wolken voorbij zien trekken?
"Aanwezige: “Ja, prachtig, hé.
”Randolph: “Maar heb je ze echt Gezien? De meeste mensen beantwoorden dit met ‘natuurlijk hebben we dat’. Ze denken: ‘We hebben toch niet met een mafkees te maken of zo?’ Toch zeg ik dat ik het betwijfel of je echt weet wat ik bedoel. De mensen die bewustzijn verruimende middelen hebben genomen, krijgen misschien een flauw vermoeden met wat ik bedoel met het wonder van de druppeltjes op de bladeren. Ben je ooit echt ‘buiten’ geweest?
”Aanwezige: “Buiten?”
Randolph: “Ja, ‘buiten je mind’. Buiten het spiegelgangenstelsel van je referentie- en projectie-kaders? Of ben je compleet binnen je mind opgesloten geraakt? In het Engels zeggen we: ‘How far did you tumble down the rabbit hole?’ Hoe ver heb je je bestaan verdicht en ben je in het spiegelgangenstelsel de weg kwijt geraakt? Hoe ver heb je jezelf ingegraven en ben je ‘een levende dode’ geworden? Wat betreft ‘buiten’, kan ik ook zeggen: ‘In hoeverre heb je jeZelf teruggevonden in de Grote Openheid?’ In hoeverre heb je buiten je mind je Ware Natuur herkend en gevonden?"
Aanwezige: “Kun je nog een voorbeeld geven?”
Randolph: “We verkeren hier op Ibiza. Heb je daarnet voordat je de satsangzaal betrad hier om het zwembad de voorjaarsbloemen gezien? In hoeverre heb je de bloemen buiten echt geZien? Vaak zeggen we dat iemand de bloemetjes buiten heeft gezet. Mijn vraag is heb je ‘jezelf’ wel eens buiten gezet?"
Aanwezige: “Ik begrijp wat je bedoelt, maar kan er nog niet helemaal bij komen. Kun je misschien ingaan op in hoeverre ik de bloemen ‘buiten’ echt kan gaan Zien?”
Randolph: “Om een beetje duidelijk te maken wat ik bedoel kan ik ook zeggen: hebben de bloemen en de wolken jou gezien? De meeste mensen proberen met veel moeite de realisatie te vinden. Ze doen hun uiterste best om het al doende voor elkaar te krijgen, maar werken hiermee Zelfrealisatie juist tegen. Het is typisch Westers om er naar te streven Zelfrealisatie voor elkaar te krijgen. Het ‘doe-het-zelven’ zit er hier diep is. Wat betreft Zelfrealisatie is de ‘doe-het-zelf’-modus een verwarring en een verkramping. Het is voor een westerse geest haast onoverkomelijk dat hij Zelfrealisatie niet kan doen, maar enkel kan toelaten. Mensen ervaren het tegenwoordig blijkbaar als een afgang dat je zelf, in je eentje, iets niet voor elkaar kunt krijgen. Vanuit mijn visie is dat juist iets heel moois. We hebben elkander nodig. Al mijn leermeesters hadden elkaar nodig. Dit is juist de kracht van mens zijn en een traditionele doorgave. Wanneer je mij aankijkt, kijk je in wezen mijn hele traditie aan. Je ontmoet een verbindende kracht die je bevrijdt. Deze verbindende en bevrijdende kracht noem ik ‘the transmission of Heart & Space’. Wanneer je in mijn traditie geïnitieerd bent, ben je aangesloten op de krachtbron van het Heart van Ramana Maharshi, Selvarajan Yesudian… en de oneindige Space van de Navnath Sampradaya van Siddharameshwar, Nisargadatta Maharaj, Alexander Smit… Een traditie is niet een keten waar je aan vast zit, het is een verbindende doorgave die je juist bevrijdt…”
Aanwezige: “Oh, nu begrijp ik ineens waarom je vaak vanuit ‘wij’ spreekt!”
Randolph: “Ja, het is tegenwoordig ‘in’ om jezelf centraal te stellen. Kijk maar in de boekhandel op de voorkanten van die self-made-universum-boeken. This is the age of individualism… Alle Bevrijden kijken door Verlichte ogen. Iedere individualiteit is eruit vertrokken. Wanneer een vrij mens ‘ik’ zegt, is het eigenlijk ‘Ik’, ‘Ik’, ‘Ik’, ‘Ik’… tot in de Oneindigheid in… Je Ware Natuur is zelfs voorbij universaliteit en explodeert naar het Absolute. In Bevrijdde ogen zie je de explosie van het Heelal. Je zou jeZelf ook het ononderbroken Stralende kunnen noemen… iedere individualiteit en universaliteit wordt Hier bevat en omvat. Er is één Zelf die door alle ogen ‘schijnt’ en ‘straalt’. Welnu, terugkomend op je hulpvraag… Wij zeggen: “Zoek niet, maak je simpel zichtbaar dan kan de Realisatie jou veel makkelijker vinden. Wanneer de realiteit van het Schitterende zich openbaart, is Zien iets heel anders dan kijken. Wie of wat dan Ziet en wat wordt geZien is dan eender. Alles baadt dan in dit schitterende Licht en krijgt zijn glans en gloei en wordt volledig transparant om uiteindelijk te exploderen. ‘The Big Bang’ vindt ieder moment plaats. Alles wordt in het Schitterende aangeraakt, verlevendigd en explodeert…”
Aanwezige: “Geef eens een voorbeeld?”
Randolph: “Sta je toe dat de wind jou vindt? Heb je wis en waarachtig de wind door je haar voelen waaien? Mag de wind voelbaar door je haar waaien?... is stap één. Mag de wind voelbaar dwars door je heen waaien? Heb je de wind dwars door je heen voelen waaien?… is stap twee. Mag de wind voelbaar (en soms in alle pijnlijkheid) dat vinden wat er nog van je over is gebleven? Ben je in de wind opgegaan?… is stap drie.Je snapt natuurlijk dat ik je dit in levende lijve dien te instrueren. De tijd is er nu rijp voor. Ik begin nu steeds meer mensen hierin te initiëren. Dit is geen kwestie van 'knowhow'. Ik moet het daadwerkelijk op je kunnen overbrengen. Hier zijn mijn live satsangs voor: de levende overdracht! Vroeger was dit voor een mens veel eenvoudiger. Opgaan in de elementen was iets vanzelfsprekends. Een van mijn leermeesters noemde dit een ‘atavistisch’ vermogen. Een voorvaderlijk vermogen, wat in de loop van de evolutie naar de achtergrond is verdrongen. Opgaan was echt niet alleen weggelegd voor sjamanen en Videhamukta. Vroeger zat (de aandacht van) een mens veel ‘losser' in zijn lichaam en behoorde het gebruik van deze vermogens bij een automatisch onbewust overgedragen evolutionair pakket. Tegenwoordig is een mens in zijn ontwikkeling veel meer een individu geworden. Toch is het maar een kleine stap om je van individualiteit naar universaliteit te ont-wikkelen. Via het bewust leren wat werkelijk voelen is, ontwaakt er wederom een schijnbaar verloren gegaan vermogen. Wij spreken van Sandharana (stabiliseren en centreren) en Sandhyana (verkeren op de grens van Zijn - Niet-zijn). Werkelijk voelen is universeel voelen. Dit is iets heel anders dan persoonlijk voelen, of voelen vanuit (de illusie) van een persoon. De meeste mensen voelen persoonlijk. De wetmatigheid is: ‘Je krijgt van waaruit je vertrekt’. Vertrek je vanuit de illusie van het persoonlijke, dan bevestig je hiermee enkel de illusie van het persoonlijke. Ook al wil je de illusie van het persoonlijke doorzien of oplossen… je krijgt en bevestigt altijd van waaruit je vertrekt.”
Ramana Maharshi: “Je kunt met mind niet voorbij aan mind komen…”.
Alexander Smit: “Je kunt jezelf niet bij de haren pakken om jezelf het moeras uit te trekken…”
Randolph: “Universeel voelen is niet alleen het universum (en het universele) voelen, maar ook toestaan dat het universum (en het universele) jou mag voelen. Zelfrealisatie is niet iets wat je kunt ondernemen. Er is nog nooit iemand geweest die Zelfrealisatie heeft bewerkstelligd of ‘zelfstandig’ heeft gevonden. Wat wel mogelijk is, is dat de Realisatie jou heeft gevonden (en wat er van je over is gebleven opgelost…). De Bevrijding is niet voor ‘jezelf’, maar van ‘jezelf’.”
Aanwezige: “Hoe ging het er bij Ramana en Yesudian dan aan toe?”
Randolph: “Bij Ramana Maharshi volgden mensen zijn instructies op via zelfonderzoek. Yesudian zwierf meer rond en ging veel naar bepaalde oorden als begraafplaatsen. Zowel Yesudian als Ramana lieten zich door ‘de dood’ vinden, om er wakker door heen te gaan.”
Aanwezige: “Heb jij de dood ook opgezocht?”
Randolph: “Ja, alleen hoefde ik die niet op te zoeken. Die klopte iedere dag op mijn deur, via de oorlog die mijn ouders hadden meegemaakt. De helft van de familie was verdwenen. Wat betreft Zelfrealisatie ‘sterf je een duizend doden’. Terugkomend op Ramana… Wat is zelfonderzoek bij Ramana Maharshi? Bij alles wat er zich voordoet of tot je komt vraag je: ‘Wie ervaart dit? Wie maakt dit mee? Wie is er blij? Wie is er gefrustreerd? Het antwoord is natuurlijk ‘ik’ en vervolgens vraag je ‘Wie ben ik?’ Met deze vraag wordt ieder standpunt en in het bijzonder, je laatste standpunt, weggevaagd. In het moment blijft er dan niets concreets over. Op dat moment ben je rijp voor Zelfrealisatie. Wat betekent dit? Op dat moment verkeer je niet alleen in overgave en ben je ontvankelijk, maar ben je voor de realisatie ook vindbaar en kan de Realisatie je overnemen. Dit is vaak wat er nog ontbreekt. Ik kom in satsang vaak mensen tegen die hun uiterste best doen. Aan hun inzet ligt het niet. Maar zijn ze bereid om gevonden te worden en om het onderspit te delven? Wij noemen deze bereidheid kleurbekennen. Een mens heeft nog al veel ‘transparante-ikken’ die de realisatie onbewust, subbewust of zelfs bewust blokkeren. Een leermeester helpt je deze boven water halen, door je kleur te laten bekennen.”
Aanwezige: “Wat bedoel je met kleurbekennen?”
Randolph: “Je hebt op de middelbare school vast wel eens van de lakmoestest gehoord. Wanneer je een transparante vloeistof hebt, wil men in de natuurkunde, scheikunde en biologie graag weten of deze transparante vloeistof ‘zuur’ of ‘basisch’ is. Dat maakt voor een reactie namelijk veel uit. Wanneer iets transparant is, betekent het nog niet dat het onschuldig is. Het kan best wel ‘bijten’. Door in de vloeistof een lakmoesstrookje te houden, slaat deze gekleurd uit. Aan de kleur kun je zien of de transparante vloeistof ‘basisch’ is of ‘zuur’…De grote vraag is: ‘Mag de Realisatie je vinden?’ Laat je je helemaal zien? Mag je overgenomen worden? Met het Zelfonderzoek van Ramana kom je telkens tot: ‘Wie zoekt er? Wie doet er Sadhana (spirituele praktijk)? Het kleurbekennend antwoord is natuurlijk: ‘Ik’. De persoonlijke basis waarop alles berust is nu vindbaar (en oplosbaar). Met ‘Wie ben ik’ schijnt het wakkere licht van bewustzijn op het illusoire ‘ik’, waardoor de illusie wordt weggevaagd, niet reëel is en er helemaal niet blijkt te zijn! Mensen vroegen op een gegeven moment aan Ramana: “We doen nu al een hele tijd zelfonderzoek… Alles is transparant geworden en iedere basis is vernietigd… Is dit Zelfrealisatie. Zijn we nu klaar? Het antwoord van Ramana was: ‘Dit is nog geen Zelfrealisatie’. Verder kun je met Zelfonderzoek niet komen. Men vroeg vervolgens aan hem: ‘Oké, wat nu? Zijn magistrale antwoord was: 'Ramana does the rest'… Ik krijg er nu nog tranen van in mijn ogen.”
Aanwezige: “Ging de Realisatie van Ramana Maharshi ook zo?”
Randolph: “Ja, hij werd ook gevonden en liet zich overnemen? Zelfs hij had er in het begin wat moeite mee en stond er wat wantrouwig tegenover. Ik zal een stukje citeren uit Narasimha Swamy’s biography, ‘Self Realisation’ dat op het internet staat:
“There are two important points in this account which are not brought out in the published version. The first is Bhagavan’s repeated use of the word avesam to describe his initial perception of his experience. In Tamil, the word means ‘possession’ in the sense of being taken over by a spirit. For the first few weeks Bhagavan felt that he had been taken over by a spirit which had taken up residence in his body. The second point is that the feeling persisted until shortly before he left home, and his discovery that the avesam was the Self and not some external being residing in his body may have been a contributory factor in his decision to leave home. The account is in Bhagavan’s own words, and though there are strong traces of the translator’s style and preferred terminology, it is still a more accurate version than the ones which have been printed in all of the published biographies…
Sri Ramana Maharshi's Remarks:
Ramana Maharshi: “My fear of death was some six weeks before I left Madurai for good. That fear was only on one day and for a short time. At the time there was a flash of excitement, it may be roughly described as heat, but it was not clear that there was a higher temperature in the body, nor was there perspiration. It appeared to be like an avesam or some spirit possessing me. That changed my mental attitude and habits. I had formerly a preference for some foods and an aversion to others. This tendency dropped off and all foods were swallowed with equal indifference, good or rotten, tasty or tasteless. Studies and duties became matters of utter indifference to me and I went through my studies turning over pages mechanically just to make others who were looking on think that I was reading. In fact my attention was never directed towards the books, and, consequently, I never understood their contents. Similarly, I went through other social duties possessed all the time by this avesam, i.e., my mind was absent from them, being fascinated and charmed by my own Self. I would put up with every burden imposed on me at home, tolerating every slight with humility and forebearance. Periodically, interest in and introspection on the Self would swallow up all former feelings and interests.
That fear was only on the first day, that is, the day of the awakening. It was a sudden fear of death which developed, not merely indifference to external things. It also started two new habits. First, the habit of introspection, that is, having attention perpetually turned on my Self, and second, the habit of emotional tears when visiting the Madurai temple. The actual enquiry and discovery of ‘Who I am’ was over on the very first day of the change. That time, instinctively, I held my breath and began to think or dive inward with my enquiry into my own nature. ‘This body is going to die’ I said to myself, referring to the gross physical body. I had no idea that there was any sukshma sarira (the causal body) in human beings. I did not even think of the mind. I thought of the gross physical body when I used the term body, and I came to the conclusion that when it was dead and rigid, (then it seemed to me that my body had actually become, rigid as I stretched myself like a corpse with rigor mortis upstairs, thinking this out) I was not dead. I was, on the other hand, conscious of being alive, in existence. So the question arose in me, ‘What was this ‘I’? Is it this body? Who called himself the ‘I’?’ So I held my mouth shut, determined not to allow it to pronounce ‘I’ or any other syllable. Still I felt within myself, the ‘I’ was there, the sound was there, and the thing calling or feeling itself ‘I’ was there. What was that? I felt that there was a force or current, a centre of energy playing on the body, continuing regardless of the rigidity or activity of the body, though existing in connection with it. It was that current, force, or centre that constituted my Self, that kept me acting and moving, but this was the first time that I came to know it. I had no idea of my Self before that. From that time on, I was spending my time absorbed in contemplation of that current.
Once I reached that conclusion (as I said, on the first day of the six weeks, the day of my awakening into my new life), the fear of death dropped off. It had no place in my thoughts. ‘I’ being a subtle current, it had no death to fear. So further development or activity was issuing from the new life and not from any fear. I had no idea at that time of the identity of that current with the personal God, or ‘Ishvara’ as I used to call Him. As for Brahman, the Impersonal Absolute, I had no idea then. I had not even heard the name Brahman. I had not read the Bhagavad Gita or any other religious works except the Periapuranam, and in Bible class, the four Gospels and the Psalms from the Bible. I had seen a copy of Vivekananda’s Chicago Lecture, but I had not read it. I could not even pronounce his name correctly; I pronounced it ‘Vyvekananda’ giving the ‘i’ the ‘y’ sound. I had no notions of religious philosophy except the current notions of God, that He is an infinitely powerful person, present everywhere, though worshipped in special places in the images representing Him. This I knew in addition to a few other similar ideas which I picked up from the Bible and the Periapuranam. Later when I was in the Arunachala temple, I learnt of the identity of my self with Brahman, and later with Absolute Brahman, which I had heard in the Ribhu Gita as underlying all. I was only feeling that everything was being done by the current and not by me, a feeling I had had ever since I wrote my parting note and left home. I had ceased to regard the current as my narrow ‘I’. That current or avesam now felt as if it ‘was’ my Self, not a superimposition.
While on the one hand, the awakening gave me a continuous idea or feeling that my Self was a current or force in which I was perpetually absorbed whatever I did, on the other hand, the possession led me frequently to the Meenakshi Sundaresa temple. Formerly I would visit it occasionally with friends, but at that time that produced no noticeable emotional effect, much less a change in my habits. But after the awakening, I would go there almost every evening, and in that obsession I would go and stand there for a long time alone before Siva, Nataraja, Meenakshi and the 63 Tamil saints. I would sob and shed tears, and would tremble with emotion. I would not generally pray for anything in particular, although often I wished and prayed that...”
Randolph: “De grote vraag is dus: mag je gevonden worden? Wanneer je vroeger in de Himalaya in heilige tempels kwam dan staarden je niet alleen de goden aan, maar ook de demonen… Wanneer je een ‘angstaanjagende creatie’ vermeed, was je het niet waard om tot de werkelijke geheimen van de tempel door te dringen. Je schrok er dan van terug en vermeed de demonen door bijvoorbeeld de andere kant op te kijken… In wezen zijn alle geheimen van Zelfrealisatie hier beschikbaar. Je kijkt er enkel over heen. Ben je het waard om door bepaalde 'krachten' gevonden te worden?”
Aanwezige: “Ah, nu snap ik ook de adviezen in het Tibetaanse dodenboek. Wanneer je een een ‘angstaanjagende creatie’ ontmoet, dien je niet weg te lopen, maar dien je je erdoor te laten verslinden…”
Randolph: “Precies, dan kom je er via ‘de andere kant weer uit’. Dat heet iets echt transformeren en transcenderen. Je wordt er dan nooit meer door teruggeroepen. Je snapt natuurlijk wel wat er met een ‘angstaanjagende creatie’ bedoelt wordt. Je eigen spookbeelden, je eigen verzinsels, je eigen dubbelzinnigheid, onwaarachtigheid en huichelarij.”
Aanwezige: “Ik ken een mooi stukje hieromtrent uit ‘De weg der witte wolken’…
"De weg der witte wolken: “De tempel was gewijd aan de verschrikkelijke en angstaanjagende goden; de machten van ontbinding en transformatie, die een destructief en angst verwekkend karakter schijnen te bezitten voor hen die aan de dingen van deze wereld hangen en aan hun eigen beperkte bestaan, maar de machten van de bevrijding blijken te zijn voor hen, die ze aanvaarden en in de juiste geestesgesteldheid weten te benutten door zich van hun ware aard bewust te worden. Zij zijn de opruimers van hindernissen, de bevrijders van knellende banden, de symbolen van het allerdiepste mysterie van de zelftranscendentie in de extase van het doorbreken van de duisternis der onwetendheid. Zij zijn de belichaming van de hoogste kennis, die als een verblindende bliksemflits degenen zou vernietigen die er nog niet klaar voor zijn… Het is om die reden dat veel van de beelden in deze tempel gesluierd zijn en het slechts aan ingewijden is toegestaan, de tempel alleen te betreden. Voor hen zijn deze krachten of aspecten van de werkelijkheid evenzeer symbolen van de Verlichting als de vol meedogende belichaamde Boeddha’s en Bodhisattva’s. Inderdaad zijn zij één met hen in hun diepste wezen. De universele wet is weldadig voor hen die haar aanvaarden en verschrikkelijk voor hen die zich tegen haar keren. Daarom verschijnen de machten van het licht (de machten die ons aansporen om de Verlichting te bereiken) in een angstaanjagende vorm aan de vijanden van het licht en de waarheid, om welke reden deze vormen de Beschermers van de Wet (cho-kyong gon-po) worden genoemd en als beschermheiligen worden aangeroepen door hen die de inwijding hebben ontvangen en hun betekenis hebben doorgrond.”
(Wordt vervolgd)
Wanneer je klaar bent voor het grote realisatie avontuur, zoek je een traditie en een gids die bekend is met de ongerepte toppen, de spelonken en de eeuwenoude wegen...”
Copyright 2018, Opensatsang, Satyasatsang.nl, Satsang.earth, Randolph, Avadhuta-blog, ©
͠
͠
“Je kunt jezelf niet bij de haren pakken om jezelf het moeras uit te trekken…”
͠
͠
“Wat betreft Zelfrealisatie ‘sterf je een duizend doden’.”
͠
͠
“Wanneer iets transparant is, betekent het nog niet dat het onschuldig is. Het kan best wel ‘bijten’.”
͠
͠
“It appeared to be like an avesam or some spirit possessing me.”
͠
͠
“The actual enquiry and discovery of ‘Who I am’ was over on the very first day of the change.”
͠
͠
“De grote vraag is dus: mag je gevonden worden?”
͠
“Je kunt jezelf niet bij de haren pakken om jezelf het moeras uit te trekken…”
͠
͠
“Wat betreft Zelfrealisatie ‘sterf je een duizend doden’.”
͠
͠
“Wanneer iets transparant is, betekent het nog niet dat het onschuldig is. Het kan best wel ‘bijten’.”
͠
͠
“It appeared to be like an avesam or some spirit possessing me.”
͠
͠
“The actual enquiry and discovery of ‘Who I am’ was over on the very first day of the change.”
͠
͠
“De grote vraag is dus: mag je gevonden worden?”
͠